Papardelle met spinazie en limoenpesto

Mmm, papardelle! Een heerlijk stevige en dikke variant van tagliatelle. Vol smaak van zichzelf en daarom gemakkelijk te combineren in een lekkere maaltijd. Wat dacht je van de combinatie met spinazie? Niet heel speciaal, zeg je? Ha, probeer er dan eens limoenpesto bij!

Je hebt nodig:

• papardelle (voor 2 personen)
• 2 teentjes knoflook
• een rode ui
• 400 g stevige wilde spinazie
• limoenpesto (Costa Ligure)
• pijnboompitten

Breng een kleine liter water aan de kook. Verhit ook wat kokosvet in een pan met dikke bodem en bak daarin de pijnboompitten krokant. Houd ze opzij.

Doe de pasta inmiddels in het kokende water en laat een 7-tal minuten (naargelang de instructies op de verpakking) garen. Versnijd inmiddels een rode ui en de tenen knoflook in kleine stukjes.

In het overige vet van de pijnboompitten verhit je de teentjes knoflook en ui. Voeg nog wat kokosolie toe en vul je pan met de spinazie. Overdek, laat stomen en herhaal tot je alle spinazie hebt toegevoegd en die ook is geslonken. Voeg peper, zout en wat chilipoeder toe.

Dresseer als volgt: een bodem papardelle, een grote schep van het spinaziemengsel, een flinke klodder limoenpesto. Versier met de pijnboompitten en wat bladpeterselie. Al etende meng je uiteraard alles door elkaar voor de ideale smaak, maar dat presenteert niet zo mooi ;-). Een scheutje citroen kan voor extra frisheid zorgen.

De combinatie pasta-spinazie is misschien vrij standaard, maar de limoenpesto geeft er een frisse en aparte toets aan. Echt een heerlijke mix! Hoewel dit gerecht geen vlees bevat, vult het toch prima. De pijnboompitten zorgen voor de nodige crunch, al is de pasta op zich ook al lekker stevig. Een smaakvol, zomers en gemakkelijk klaar te maken gerecht dus – dat we jullie allemaal aanraden!